Liturgie voor 19 november 2023

Openingslied 150: 1, 2  – NLB

Looft God, looft Hem overal.

Looft de Koning van ’t heelal

om zijn wonderbare macht,

om de heerlijkheid en kracht

van zijn naam en eeuwig wezen.

Looft de daden, groot en goed,

die Hij triomferend doet.

Hem zij eer, Hij zij geprezen.

Hef, bazuin, uw gouden stem,

harp en fluit, verheerlijkt Hem!

Citer, cimbel, tamboerijn,

laat uw maat de maatslag zijn

van Gods ongemeten wezen,

opdat zinge al wat leeft,

juiche al wat adem heeft

tot Gods eer. Hij zij geprezen.

Welkom.

Bemoediging en groet.

Lied: GvL 446: 1 – 4.

God heeft het eerste woord.

Hij heeft in den beginne

het licht doen overwinnen,

Hij spreekt nog altijd voort.

God heeft het eerste woord.

Voor wij ter wereld kwamen,

riep Hij ons reeds bij name,

zijn roep wordt nog gehoord.

God heeft het laatste woord.

Wat Hij van oudsher zeide,

wordt aan het eind der tijden

in heel zijn rijk gehoord.

God staat aan het begin

en Hij komt aan het einde.

Zijn woord is van het zijnde

oorsprong en doel en zin.

Openingsgebed.

Schuldbelijdenis.

     Wij belijden voor God en voor elkaar                                      dat wij muren hebben opgebouwd

     die ons als Christenen

     van elkaar gescheiden houden.                 

     Wij zijn als vreemden voor elkaar gebleven.

     Wij hebben elkaar te weinig gezocht.                   

     Wij zouden de wegen die nog niet begaan zijn, 

     de wegen die wij alleen nog maar vermoeden,

     met elkaar willen zoeken,               

     zodat er eenheid groeit onder de mensen

     die Uw Naam belijden.                    

     Amen.

Genadeverkondiging.

Lied: GvL: 619: 1, 10, 12, 13.

Hoort hoe God met mensen omgaat,

hoe Hij zijn belofte houdt,

die de mens van den beginne

adem geeft en gaande houdt

Hoort hoe God met mensen omgaat,

hoe hij van zich spreken laat

die bij monde van profeten

met ons is in woord en daad.

Hoort hoe God met mensen omgaat,

hoe Hij ons een Dienaar zond

die met liefde als zijn wapen

ons voorgoed aan zich verbond.

Hoort hoe God met mensen omgaat,

hoe wij Hem ter harte gaan

die ook hier tot ons zal spreken

als wij vragen naar zijn Naam.

 Kinderen gaan naar de kindernevendienst.

     Wij gaan voor even uit elkaar

en delen nu het licht.

Dat licht vertelt ons iets van God,

op Hem zijn wij gericht.

Wij geven Gods verhalen door

en wie zich openstelt,

ervaart misschien een beetje licht

door wat er wordt vertelt.

Straks zoeken wij elkaar weer op

en elk heeft zijn verhaal.

Het licht verbindt ons met elkaar

het is voor allemaal.

Gebed bij de opening van het Woord.

Lied NLB: 835: 1-4

     Jezus, ga ons voor deze wereld door

     en U volgend op uw schreden

     gaan wij moedig met U mede.

Leid ons aan Uw hand naar het vaderland.

Valt de weg ons lang, zijn wij klein en bang,

sterk ons, Heer, om zonder klagen

achter U ons kruis te dragen.

Waar Gij voor ons trad, is het rechte pad.

Krimpt ons angstig hart onder eigen smart,

moet het met de ander lijden,

Jezus, geef ons kracht tot beide.

Wees Gij zelf het licht dat troost en richt

In de woestenij, Heer, blijf ons nabij

met uw troost en met uw zegen

tot aan ’t eind van onze wegen.

Leid ons op uw tijd in uw heerlijkheid.

Evangelielezing: Matteüs 25: 31-46

(Wij gaan staan)

Wanneer de Mensenzoon komt, omstraald door luister en in gezelschap van alle engelen, zal Hij plaatsnemen op zijn glorierijke troon. Dan zullen alle volken voor Hem worden samengebracht en zal Hij de mensen van elkaar scheiden zoals een herder de schapen van de bokken scheidt; de schapen zal Hij rechts van zich plaatsen, de bokken links. Dan zal de koning tegen de groep aan zijn rechterzijde zeggen: “Jullie zijn door mijn Vader gezegend, kom en neem deel aan het koninkrijk dat al sinds de grondvesting van de

wereld voor jullie bestemd is. Want Ik had honger en jullie gaven Mij te eten, Ik had dorst en jullie gaven Mij te drinken. Ik was een vreemdeling en jullie namen Mij op, Ik was naakt en jullie kleedden Mij. Ik was ziek en jullie bezochten Mij, Ik zat gevangen en jullie kwamen naar Mij toe.”

Dan zullen de rechtvaardigen Hem antwoorden: “Heer, wanneer hebben wij U hongerig gezien en U te eten gegeven, of dorstig en U te drinken gegeven? Wanneer hebben wij U als vreemdeling gezien en opgenomen, U naakt gezien en gekleed? Wanneer hebben wij gezien dat U ziek was of in de gevangenis zat en zijn we naar U toe gekomen?” En de koning zal hun antwoorden: “Ik verzeker jullie: alles wat jullie gedaan hebben voor een van de geringsten van mijn broeders of zusters, dat hebben jullie voor Mij gedaan.” Daarop zal Hij ook de groep aan zijn linkerzijde toespreken: “Jullie zijn vervloekt, verdwijn uit mijn ogen naar het eeuwige vuur dat bestemd is voor de duivel en zijn engelen. Want Ik had honger en jullie gaven Mij niet te eten, Ik had dorst en jullie gaven Mij niet te drinken. Ik was een vreemdeling en jullie namen Mij niet op, Ik was naakt en jullie kleedden Mij niet. Ik was ziek en zat in de gevangenis en jullie bezochten Mij niet.” Dan zullen ook zij antwoorden: “Heer, wanneer hebben wij U hongerig gezien of dorstig, als vreemdeling of naakt, ziek of in de gevangenis en hebben wij niet voor U gezorgd?” En Hij zal hun antwoorden: “Ik verzeker jullie: alles wat jullie voor een van deze geringste mensen niet gedaan hebben, hebben jullie ook voor Mij niet gedaan.” Hun staat eeuwige bestraffing te wachten, de rechtvaardigen daarentegen het eeuwige leven.’

(Wij gaan zitten)

Lied: GvL 644

Voor mensen die naamloos ‘

            kwetsbaar en weerloos

            door het leven gaan;

            ontwaakt hier nieuw leven:

            wordt kracht gegeven:

            wij krijgen een naam.

            Voor mensen die roepend,

            tastend en zoekend

            door het leven gaan:

            verschijnt hier een teken,

            brood om te breken,

            wij kunnen bestaan

            Voor mensen die vragend,

            wachtend en wakend

            door het leven gaan

            weerklinken hier woorden,

            God wil ons horen

            wij worden verstaan

            Voor mensen die hopend,

            wankel gelovend

            door het leven gaan:

            herstelt God uit duister

            Adam in luister:

            wij dragen zijn naam

Overdenking.

Orgelspel.

Gedicht:

            Om voor elkaar te zijn uw oog en oor,

            te zien wie niet gezien wordt, niet gehoord,

            en op te vangen wie zijn huis verloor,

            halleluja!

            om voor elkaar te zijn uw hand en voet,

            te helpen wie geen helper had ontmoet:

            wie dorst of hongert wordt getroost, gevoed,

            halleluja!

            om voor elkaar te zijn uw hart en mond,

            om op te komen voor wie is verstomd,

            voor wie gevangen zit of is gewond,

            halleluja!

            roept U ons, Christus, uw gezicht te zijn,

            gerechtigheid en vrede, brood en wijn,

            uw liefde, hoop, geloof- uw zonneschijn.

            Halleluja!

Geloofsbelijdenis. (melodie: Blowing in the wind)                                                                                   

(wij gaan staan)

       God, ik geloof in Uw scheppende kracht,

       uw liefde voor iedere mens.

       Ik geloof U als vader, die steeds op ons wacht

       en in ons geluk als Uw wens.

       Ik geloof in Uw Geest die ons nimmer ontbrak.

       Hij houdt ons in liefde bijéén.

       Maar sterk ons geloof, zo wankel en zo zwak,

       door twijfels en moeilijkheden heen.

       Christus, de Zoon van de levende God.

       Op aarde verschenen als mens.

       Ik geloof U als eerlijk begaan met ons lot

       en in ons geluk als Uw wens.

       Ik geloof dat het lijden en sterven U brak

       en dat U weer levend verscheen.

       Maar sterk ons geloof, zo wankel en zo zwak,

       door twijfels en moeilijkheden heen.

       Samen verenigd rond Christus de Heer,

       Zo vormen wij samen de kerk.

       Ik geloof in haar ware gestalte en leer,

       Haar eenheid in liefde en werk.

       Ik geloof in het vuur dat de Heer eens ontstak

       Door dood en verrijzenis heen.

       maar sterk ons geloof, zo wankel en zo zwak

       door twijfels en moeilijkheden heen.

(wij gaan zitten)                                                                             

Dank- en voorbeden, afgesloten met het gezamenlijk bidden van het “Onze Vader.”

God, Gij wilt geen wereld van onderdrukking, uitbuiting en onrecht maar een wereld van gerechtigheid.

Gij wilt niet dat wij leven in haat en ruzie maar dat wij de handen opheffen in een geest van godsvrucht.

Gij wilt niet dat wij mammon eren maar dat wij U dienen.

Vanwege uw roep om vrede en recht bidden wij:

Voor alle kerken van Jezus Christus

dat zij niet toestaan dat armen worden verdrukt,

dat de misdeelden worden verdelgd,

maar dat zij opkomen voor een samenleving waarin plaats is voor iedereen en waarin niemand wordt bedrogen of bestolen;

laat ons bidden..

voor allen die leven in overvloed

dat zij niet worden bezeten door de hebzucht,

maar dat zij leren om te delen

en zo Uw koninkrijk doen groeien;

voor handelaren en kooplieden,

dat zij eerlijk en oprecht zijn

niet meehuilen met de geldwolven

en zich verrijken ten koste van anderen;

laat ons bidden..

voor de armen in onze samenleving dichtbij

en de armen in onze wereld ver weg,

dat zij zich niet overgeven aan de kwade machtenen

en de heersers der aarde maar zij blijven opkomen voor

zichzelf en voor anderen die dreigen weggeschoven te worden;

laat ons bidden..

voor mensen die zich inzetten om deze wereld bewoonbaar te maken voor hen die niet accepteren dat mensen geruisloos verdwijnen, voor alle organisaties en personen die ijveren voor een gezonde natuur dat wij hen niet in de steek laten;

laat ons bidden..

God, Vader van alle mensen,

Wij zijn uit onszelf niet in staat onze wereld rechtvaardiger te maken. Help ons daarbij, bemoedig en inspireer ons,

Leer ons de woorden te verstaan van Uw profeten

Leer ons te leven als Jezus Christus, Uw Zoon.

Amen

     Heer wij leggen in stilte voor U neer wat ons persoonlijk bezig houdt en wat geen ander voor ons kan zeggen.

     ……..

     Onze Vader………………………………

Lied: NLB 755: 1, 2.

         Toch overwint eens de genade,

         en maakt een einde aan de nacht.

         Dan onderwerpt de Heer het kwade,

         dan is de strijd des doods volbracht.

         De wereld treedt in ’s Vaders licht,

         verheerlijkt voor zijn aangezicht.

         O welk een vreugde zal het wezen,

         als Hem elk volk is toegedaan.

         Uit aarde en hemel opgerezen,

         vang dan het nieuwe loflied aan,

         als ieder voor de Heer zich buigt

         en aller stem Gods lof getuigt

Toelichting op de collecte voor het werk van Sjoukje de Wit in Zuid Soedan.

Het medische project in Zuid Soedan

Na een aantal jaren van overstromingen in de wijde regio zijn dit voorjaar de uitgestrekte acaciabossen afgestorven. Het ziet er vreemd uit al die dode bomen. Dit gaat ook grote gevolgen

hebben voor vogels en andere dieren en de mensen. De schaduw die zo prettig is bij deze warme temperaturen valt weg. In deze bossen leefden ook de zandvliegen, die de ziekte Kala azar

verspreiden onder de bevolking. De verspreiding is gestopt met als direct gevolg dat wij nauwelijks Kala azar patiënten meer onder behandeling hebben. Een positieve bijkomstigheid.

Koeien zijn er nauwelijks meer in dit gebied, als direct gevolg van deze overstromingen. Dit heeft weer grote gevolgen voor de voedselvoorziening van de bevolking.

In deze natte omgeving nam de muggenpopulatie toe ,waardoor weer veel mensen malaria kregen.

23 jaar geleden starten wij het TBC project in dit gebied. Dit blijft het grootste onderdeel van ons project. De patiënten verblijven een half jaar tot een jaar voor de direct geobserveerde therapie.

Een aantal feiten op een rijtje:

In 2022 werden er 165 TBC patiënten opgenomen

40% mannelijk en 60 % vrouwelijk

79 patiënten waren jonger dan 16 jaar

15 % van de patiënten hadden TBC in de rug, wat uiteindelijk kan lijden tot “gebroken ruggen”

54% van de volwassenen had long TBC, dat is de vorm die tot besmetting kan leiden.

De diagnose van de long TBC wordt gesteld door middel van sputumtesten. Wij hebben medewerkers getraind voor laboratoriumwerk, waaronder microscopie. Voor dit nauwkeurige werk heb je mensen nodig die toegewijd zijn. Kuon Deng was een TBC patiënt met TBC in zijn rug . De behandeling was succesvol en stopte de TBC, maar het was al zo ver gevorderd dat hij verlamd geraakt was. Hij sprak engels en heeft met steun van onze organisatie allerlei rolstoel toegankelijke opleidingen gevolgd, vooral in Kenya. Dat was niet eenvoudig, maar wat een ongelooflijke doorzetter. Dit jaar kwam hij terug naar Old Fangak om echt aan het werk te gaan in het laboratorium met alle diploma’s op zak.

Dit is vooruitgang op kleine schaal, maar dit kun je alleen zien als je jaren lang actief bent in een gebied. Jaar in jaar uit hebben wij een aantal mensen geplaatst in opleidingen in Zuid Soedan, Kenia of Oeganda. Dat begint zijn vruchten af te werpen. Ook nu wil ik iedereen weer hartelijk bedanken voor de ondersteuning, die het werk daar mogelijk maakt.

Sjoukje de Wit en Jill Seaman

Mocht u geïnteresseerd zijn dan kunt u ook op internet meer lezen over ons project:

www.southsudanmedicalrelief.org

Voor eventuele giften voor ons project in Zuid Soedan:

S.W de Wit

Inzake Zuid Soedan

Rabobank Rekening nummer: NL42 RABO 0322.0818.82

Zegen en wegzending.

Slotlied: NLB 634: 1, 2.

U zij de glorie, opgestane Heer,

U zij de victorie, U zij alle eer!

Alle menslijk lijden hebt Gij ondergaan

om ons te bevrijden tot een nieuw bestaan: 

U zij de glorie, opgestane Heer,

U zij de victorie, U zij alle eer!

Licht moge stralen in de duisternis,

nieuwe vrede dalen waar geen hoop meer is.

Geef ons dan te leven in het nieuwe licht,

wil het woord ons geven dat hier vrede sticht;

U zij de glorie, opgestane Heer,

U zij de victorie, U zij alle eer!